Onderzoek naar alternatieve seismologische modellen voor het Groningen-gasveld
Welke modellen voor het voorspellen van het aantal en de ruimtelijke verdeling van de bevingen in het Groningen-gasveld zijn in de wetenschappelijke literatuur bekend? En welke klasse van modellen zijn het meest kansrijk om verder te verkennen als mogelijke alternatieven voor het huidige seismologische model van de NAM?
Dat waren de twee centrale vragen in dit wetenschappelijk onderzoek dat het Staatstoezicht op de Mijnen (SodM) heeft laten uitvoeren via het Kennisprogramma Effecten Mijnbouw (KEM).
Waar gaat het onderzoek over?
De NAM heeft voor het berekenen van de seismische dreiging en het seismisch risico een seismologisch bronmodel gemaakt waarmee een voorspelling voor het jaarlijkse aantal bevingen, de locatie van deze bevingen en de bijbehorende sterkte kan worden gemaakt. Dit model combineert de fysische oorzaak van de bevingen met het statistische karakter van het optreden van aardbevingen. Dit model is echter niet uniek. Over de afgelopen jaren zijn door andere wetenschappers andere alternatieve modellen ontwikkeld. Deze modellen zijn onder te verdelen in drie categorieën: puur fysische modellen, puur statistische modellen en hybride modellen. Het model van de NAM valt in deze derde categorie. In dit onderzoek heeft SodM alle in de literatuur bekende modellen in kaart laten brengen en laten beoordelen op hoe goed de modellen de bevingen in Groningen zouden kunnen voorspellen.
De hybride modellen zijn het meest geschikt voor het maken van een risicoanalyse
Uit het onderzoek komt naar voren dat hybride modellen het meest geschikt zijn om het aantal en de locatie van de bevingen te voorspellen. Het seismologische model van de NAM is het meest geavanceerde model, maar er zijn enkele andere hybride modellen die de moeite waard zijn om verder door te ontwikkelen en mogelijk mee te nemen in toekomstige risicoanalyses. Om de modellen goed met elkaar te kunnen vergelijken is het noodzakelijk dat er een goede softwareomgeving wordt ontwikkeld waarin op basis van verschillende testen de voorspellende waarde van de modellen kwantitatief wordt bepaald.
Wat gaat SodM met het onderzoek doen?
Op het moment is er binnen de wetenschappelijke gemeenschap een bredere discussie gaande over alternatieve seismologische modellen, het kwantificeren van onzekerheden en modelvalidatie. Op dit vlak lopen zowel binnen KEM, DEEP NL als in de wetenschappelijke gemeenschap meerdere onderzoeken naar alternatieve modellen voor zowel het aantal bevingen als de verhouding tussen lichtere en zwaardere bevingen. De resultaten van dit onderzoek zullen komend jaar in deze discussie worden meegenomen.
Over KEM
Het onderzoek “Review of seismogenic source models for the Groningen gas reservoir (KEM8)” is via het expertpanel van het Kennisprogramma Effecten Mijnbouw (KEM) uitgevoerd. Aan deelnemers van het expertpanel zijn strenge eisen gesteld qua onafhankelijkheid ten opzichte van de industrie en wat betreft wetenschappelijke reputatie. Kijk voor meer informatie over KEM op kemprogramma.nl.