In de diepe ondergrond liggen planten- en dierenresten van miljoenen jaren geleden. Onder invloed van druk en warmte ontstaat hieruit aardgas of olie, dat opstijgt naar bovenliggende lagen. Als dit in een poreus gesteente terechtkomt met daarboven een afsluitende laag, ontstaat een olie- of gasveld.
Hoe werkt olie- en gaswinning?
Een olie- of gasveld ligt gemiddeld op een diepte van 3 kilometer. Als een mijnbouwonderneming op zoek is naar olie of gas, wordt allereerst de ondergrond in kaart gebracht onder andere door middel van seismiek. Seismiek is een onderzoek naar aardlagen in de diepe ondergrond met behulp van geluidsgolven. Lijkt er een gas- of olieveld aanwezig? Dan onderzoekt de mijnbouwonderneming via een proefboring of dit daadwerkelijk het geval is. Voor de boring kan plaatsvinden wordt eerst de locatie geschikt gemaakt. Die moet zo worden aangelegd dat bodemverontreiniging en hinder voor omwonenden zoveel mogelijk wordt voorkomen. Vervolgens plaatst het mijnbouwbedrijf een boortoren. Een boorkop boort zich een weg in de ondergrond tot het gesteente is bereikt en de put wordt aangelegd. Naar één gasveld worden vaak meerdere putten geboord.
Waar vindt olie- en gaswinning plaats?
Naast het Groningen-gasveld telt Nederland zo’n 240 gasvelden. De helft hiervan ligt in de Noordzee. Behalve in Groningen wordt gas gewonnen in Friesland. Drenthe, Overijssel, Noord-Holland, Zuid-Holland, Noord-Brabant en in de Noordzee en de Waddenzee. De winning van olie is in verhouding tot de gaswinning heel bescheiden. Schoonebeek in Drenthe is het grootste olieveld op land. Ook wordt nog olie gewonnen op zee.
Direct naar gaswinning in Groningen
Wat is de rol van het Staatstoezicht op de Mijnen?
Het Staatstoezicht op de Mijnen (SodM) vervult twee rollen bij de olie- en gaswinning. SodM is adviseur van het ministerie van Klimaat en Groene Groei (KGG). Om olie en/of aardgas te mogen winnen, heeft een mijnbouwbedrijf een aantal vergunningen nodig van KGG. SodM adviseert het ministerie over de veiligheidsaspecten van deze vergunningen. Het gaat om de volgende vergunningen:
- De opsporingsvergunning geeft het economisch recht om in een gebied te zoeken naar olie of gas. Dergelijke vergunningen voor het zoeken naar nieuwe gasvelden op land worden niet meer afgegeven;
- De winningsvergunning geeft het economisch recht om olie of gas te produceren.
- Een winningsplan beschrijft de wijze van winning en de gevolgen voor de diepe ondergrond zoals het risico op bodemdaling en de kans op aardbevingen;
- Een omgevingsvergunning voor het oprichten en in werking hebben van een winningsinstallatie op land. Voor deze vergunning wordt gekeken naar de effecten op het gebied van milieu, ruimtelijke ordening en de omgeving. Voor het winnen op zee is dit de mijnbouwmilieuvergunning.
Daarnaast is SodM toezichthouder en controleert of mijnbouwondernemingen zich aan de wet- en regelgeving houden. Indien nodig kan SodM de naleving afdwingen.
Wat zijn de belangrijkste aandachtspunten voor SodM?
Bij het toezicht van SodM ligt de nadruk op de veiligheids- en milieuaspecten, zoals arbeidsomstandigheden, onderhoud en verwijderen van installaties, minimaliseren van uitstoot van schadelijke stoffen, kans op aardbevingen minimaliseren en het beoordelen van werkprogramma’s.
- Voorkomen zware ongevallen; Met een Rapport inzake Grote Gevaren (RiGG) moeten mijnbouwondernemingen aantonen dat de risico’s op zware ongevallen, bijvoorbeeld bij ongecontroleerd vrijkomen van gas (blow-out) of explosies, in voldoende mate worden beheerst. Ook moeten mijnbouwbedrijven maatregelen treffen om de gevolgen van een zwaar ongeval te minimaliseren.
- Veilig werken; Naast reguliere arbeidsomstandigheden gaat het in de mijnbouw specifiek om mogelijke blootstelling aan gevaarlijke stoffen, aanvaringen bij platforms op zee of ongevallen met helikopters.
- Onderhoud van installaties; Veel olie- en gasvelden zijn in de laatste jaren van productie. Deze installaties lopen tegen het einde van hun technische levensduur. Mijnbouwondernemingen moeten in het onderhoud en beheer rekening houden met het ouder worden van installaties.
- Verwijderen van installaties; Mijnbouwondernemingen moeten gasputten lekdicht afsluiten en de grond in oorspronkelijke staat terugbrengen. Bij offshore installaties moet de gasput tot ongeveer 6 meter onder zeeniveau worden afgesneden. Op land geldt een diepte van 3 meter onder het maaiveld.
- Minimaliseren van uitstoot van schadelijke stoffen; Methaan is een krachtig broeikasgas en zorgt voor opwarming van de aarde. Stikstofoxiden (NOx) zorgen voor verzuring en smog. De uitstoot van deze stoffen bij de winning en productie van aardgas is schadelijk en moet daarom binnen de eisen van de vergunning blijven.
- Bodemdaling en voorkomen van aardbevingen; Mijnbouwondernemingen moeten de seismische risico’s en de bodemdaling als gevolg van de gaswinning onderzoeken. Ook moeten zij aangeven hoe zij deze risico’s beheersen.
- Beoordeling van de werkprogramma’s; Bij een aantal activiteiten moeten mijnbouwondernemingen het werkprogramma ter goedkeuring voorleggen aan SodM. Dit moet bijvoorbeeld als een mijnbouwonderneming wil fracken. SodM geeft alleen goedkeuring als het veilig kan.
Toezicht en handhaving door SodM
Tijdens de winning houdt SodM toezicht op de veiligheid voor werknemers en omwonenden. SodM controleert of mijnbouwbedrijven onomkeerbare nadelige effecten en schade voor het milieu zoveel als mogelijk proberen te voorkomen. Dit doet SodM o.a. door werkprogramma’s en rapportages te controleren en door aangekondigd en onaangekondigd te inspecteren op locatie. Als mijnbouwbedrijven zich niet aan de wet- en regelgeving houden, dan treedt SodM hier tegen op. Dat kan met een waarschuwing, maar ook met een last onder dwangsom of het tijdelijk stilleggen van een installatie. Als deze maatregelen geen effect hebben, kan SodM de minister adviseren een vergunning in te trekken. SodM kan voor overtredingen van de arbeidsomstandighedenwet een boeterapport opstellen. In overleg of in opdracht van het openbaar ministerie kan SodM ook een strafrechtelijk onderzoek starten.
Wat is het verschil tussen het Groningen-gasveld en de overige gasvelden in Nederland?
Het Groningen-gasveld is vele malen groter
Het Groningen-gasveld is vele malen groter dan de overige gasvelden in Nederland. Het totale volume van het Groningen-gasveld wordt geschat op zo’n 2.800 miljard Nm3, het volume van het grootste kleine veld in Nederland is 73 miljard Nm3.
Er is veel minder bodemdaling bij de kleine velden
Omdat het oppervlak van het Groningen-gasveld vele malen groter is dan de andere gasvelden, treedt er bij de kleine velden minder bodemdaling op. Bodemdaling onstaat doordat de laag waaruit het gas wordt gehaald wordt samengedrukt door het gewicht van alle aardlagen erboven. Des te groter het oppervlak van het gasveld, des te meer de bodem kan dalen. Om het simpel uit te leggen: een plank die steunt op twee staanders die 10 meter van elkaar af staan, zakt meer door dan een waarbij de staanders 2 meter uit elkaar staan. De 'bodemdalingskom' boven het Groningen-gasveld is dus breder en dieper dan bij een klein gasveld.
In 2023 zijn er 43 bevingen gemeten in het Groningen-gasveld en 7 in de overige velden
Bij de meeste kleine gasvelden worden geen aardbevingen waargenomen. In 2023 heeft het KNMI in totaal 7 aardbevingen gemeten bij kleine gasvelden. Drie hiervan, waaronder één met een magnitude van 2,2 op de schaal van Richter de zwaarste buiten het Groningen-gasveld, vonden plaats in het Eleveld-gasveld in de provincie Drenthe. In het Groningen-gasveld zijn in datzelfde jaar 43 aardbevingen gemeten, waarvan 9 met een magnitude hoger dan 1,5 op de schaal van Richter.